Reizen langs Romeinse wegen

De Romeinse weg die Boulogne-sur-Mer via Cassel, Velzeke, Tienen en Tongeren verbond met Keulen maakte deel uit van een netwerk van Romeinse wegen dat alle uithoeken van Europa met Rome verbond. Sommige van die wegen zoals de Via Appia in Rome hebben een legendarische geschiedenis en werden wereldberoemd. Delen ervan bleven in een bijzonder goede toestand bewaard. Andere wegen zijn vaak onbekend ondanks het feit dat zij soms over langere afstand nog zeer goed bewaard bleven. Vooral kleine secundaire wegen verdwenen in de nevelen van de geschiedenis en worden soms dankzij archeologische opgravingen terug gevonden.  Net als wij trokken reizigers gedurende eeuwen langs die wegen naar steeds nieuwe bestemmingen.  

De Romeinse villa van Milreu

Langs de weg van Ossonoba (Faro) naar Ebora (Evora) lagen grote en luxueuze landgoederen. Eén ervan was de villa rustica van Milreu bij Estoi in de Portugese Algarve op zo’n acht kilometer van Faro. Faro was tijdens de Romeinse periode een belangrijke havenstad en draaischijf voor garum, wijn en olijfolie. En zo was de stad een belangrijke markt voor het omliggende platteland waarvan de villa van Milreu een excellent voorbeeld is. Het complex werd in 1877 ontdekt door de Portugese archeoloog Estácio da Veiga. Hij was lyrisch over de ruïnes en vondsten in de omgeving. Daarbij nam hij aan dat zij deel uitmaakten van de Romeinse stad Ossónoba:

Lees meer »

De Romeinse brug van Tavira (Portugal)

Eén van de mooie kuststadjes van de Portugese Algarve is Tavira. De rijke geschiedenis ervan gaat terug tot de 8ste eeuw v.Chr. toen de Feniciërs hier een stad bouwden, compleet met een stadsmuur, tempels en een haven. Het ging om een Fenicische handelspost. De nederzetting situeerde zich boven op de heuvel waar nu de ruïnes van het Castelo de Tavira staan zoals blijkt uit een deel van de muur dat dateert uit de 8e eeuw v. Chr. en dat aan het licht kwam tijdens een archeologische campagne in 1997. Deze stad werd twee eeuwen later vernietigd door de Turdetani die de heuvel tijdens de 5de en de 4de eeuw bewoonden. Ze verbouwden het fort en veranderden de naam van de plaats in Talábriga. Deze nederzetting werd verlaten en vervangen door het oppidum van Cerro do Cavaco dat zich één kilometer ten noorden van Tavira situeert en van het einde van de 4de tot het einde van de 1ste eeuw v. Chr. werd bewoond. Cerro do Cavaco overleefde de regering van Augustus niet.

Lees meer »

In de voetsporen van Hannibal

Tussen 218 en 201 v.Chr. vond de 2de Punische oorlog  plaats. Tijdens deze oorlog trok de Carthaagse generaal Hannibal vanuit Cartagena in Spanje met zijn troepen en olifanten tegen het machtige Rome op. Oorspronkelijk was Cartagena, na de verovering door de Romeinen in 209 v. Chr. Carthago Nova genoemd, een Fenicische kolonie. Hasdrubal de Schone, een legeraanvoerder uit Carthago, stichtte de stad in de 3de eeuw v.Chr.. Van daar via de pas Montgenèvre  naar Turijn is circa 1500 kilometer.

Lees meer »

De weg van Herakles

Lang voor de Romeinen de Alpen overstaken om richting Frankrijk en Spanje te trekken, hadden Griekse kolonisten vanaf de 7de eeuw v. Chr. op de kusten van Spanje en Zuid-Frankrijk reeds talrijke steden gesticht.  Op de Spaanse kust waren dat onder meer Elche, Empuries en Roses, op de Zuid-Franse kust Marseille, Antibes en Agde. Deze ontwikkelden zich tot bloeiende handelsplaatsen van de Middellandse Zee. Archeologische restanten ervan zijn tot de dag van vandaag zichtbaar. Herakles was de ontdekkingsreiziger die tijdens zijn omzwervingen bij de barbaarse volkeren de beschaving verspreidde en voor de Griekse kolonisten het pad effende.  De invloed van de mythe was zo groot dat Griekse steden Herakles als hun feitelijke stichter uitriepen. In de Griekse culturele traditie was de kolonisatie zo ten lange laatste onlosmakelijk verbonden met het mythe van Herakles. de weg van Herakles  is wellicht zo genoemd dankzij deze Griekse kolonisten.

Lees meer »

Van Aquileia naar Virunum (Klagenfurt)

Vanaf de havenstad Aquileia en Forum Iulii (Cividale del Friuli) liep een belangrijke Romeinse weg door de Alpes Carnices naar Virunum (Klagenfurt) en Noreia (Neumark). Deze route passeerde onder meer via Kobarid, Srpecinca (Bovec), Log pod Magartom (Bovec) en de Passo di Pedril. De Juliana Trail liet ons tijdens de eerste week van juli 2022 kennis maken met enkele Sloveense delen van deze fascinerende maar o zo slecht gedocumenteerde heerbaan. 

Lees meer »

Le Pont Flavien en de Via Julia Augusta

De oude Romeinen bouwden enkele spectaculaire bruggen. En een aantal ervan staat nog steeds overeind. In Saint-Chamas in de centrale Provence ligt een bevallige brug die met een enkele boog de rivier de Touloubre overspant. Het is le Pont Flavien. Wellicht is het de mooiste Romeinse burg van Frankrijk, voor veel geleerden zelfs de mooiste Romeinse brug buiten Italië. De brug ligt op een secundaire route die Marseille met Arles verbindt. In de jaren 20 v.Chr. voerde Marcus Vipsanius Agrippa in opdracht van keizer Augustus een wegenbouwprogramma uit in de Provence. Het resultaat ervan was de aanleg van de Via Julia Augusta. Dit zou Flavos een kans hebben gegeven om zijn stempel op een zeer zichtbare manier te drukken, zijn toewijding aan de Romeinse waarden te verkondigen en het belang van zijn eigen personage te benadrukken. De antieke weg is er nog steeds duidelijk zichtbaar. Diepe sporen van de wielen van karren zijn duidelijk zichtbaar in het wegdek aan weerszijden van de brug. De eeuwen van verkeer van de Romeinse tijd tot in de 20ste eeuw hebben hun sporen nagelaten en zijn compleet in het wegoppervlak dat brug bedekte gesleten.

Lees meer »

De brug van Tiberius in Sommières

Onder Romeins bewind liepen door Zuid-Frankrijk meerdere wegen. De voornaamste was ongetwijfeld de via Domitia, die Italië met Spanje verbond. Belangrijke Romeinse steden langs deze heerweg waren Narbonne, Béziers, Nîmes, Cavaillon en Gap. Nîmes was trouwens een belangrijk wegenknooppunt. Liefst zes andere secundaire routes vertrokken vanuit deze stad.

Lees meer »

De Via Agrippa: van Lyon naar Saintes

In 2008 wandelde ik in Lyon hoog op de heuvel van Fourvière over de decumanus maximus van de voormalige Colonia Copia Claudia Augusta, kortweg Lugdunum. Fourvière is het historische centrum van deze Franse stad. Daar boven ontplooit zich een schitterend panorama. De lucht was dreigend en niet veel later trok een onweer over Lyon. Wie het plan van Lugdunum aandachtig bekijkt, ziet hoe die decumanus maximus verbonden is met de uitvalswegen van de antieke stad. Strabo, de Griekse geograaf en tijdgenoot van Augustus, vermeldt in een notitie hoe de omvangrijke wegenaanleg van M. Vipsanius Agrippa in de Tres Galliae er uit zag en waarom hij Lyon als voornaamste knooppunt koos.

Lees meer »

Een Romeinse weg in Raon-lès-Leau

Het lijkt misschien verrassend in de Vogezen een overduidelijke Romeinse weg met een lengte van meer dan een kilometer aan te treffen, met zijn bijna intacte kasseien getekend door de vele wagens die er meer dan 2000 jaar geleden over heen dokkerden. De Romeinse weg van Raon-lès-Leau is één van de mooiste oude tracés die in Frankrijk bewaard bleven.

Lees meer »

De Via XVIII. Van Bracara Augusta naar Asturica Augusta

Eén van de Romeinse hoofdwegen op het Iberische schiereiland was de Via Nova,  in het Itinerarium Antonini vermeld als Via XVIII. In Portugal in het Nationaal Park van Peneda-Gerês is deze weg ook bekend als de ‘Geira’. Deze Romeinse heerbaan verbond de steden Bracara Augusta, het huidige Braga met Asturica Augusta, het huidige Astorga, over een afstand van circa 210 Romeinse mijlen of ongeveer 330 kilometer. Ter hoogte van zowel Bracara Augusta als Asturica Augusta vormde de weg een knooppunt met andere belangrijke hoofdwegen van het Iberishe schiereiland. Volgens het Itinerarium Antonini waren de steden Bracara Augusta en Asturica Augusta verbonden door maximaal vier verschillende routes. De Via XVIII of ‘Item alio itinere a Bracara Asturica’ was de tweede van deze routes. In Portugal maakt deze weg tussen de mijlen XIV en XXXIV deel uit van de gemeente Terras de Bouro, in Spanje liep hij door de provincies Orense en León. Misschien omdat de route daar door een ongerepte regio loopt, is de ‘Geira’ een van de best bewaard gebleven en onderzochte Romeinse wegen in het noordwesten van het Iberisch schiereiland. Sommige delen ervan hebben nog steeds de originele bestrating, bruggen en vooral ook een uitzonderlijk groot aantal mijlpalen. Het is dus niet te verwonderen dat de weg in Portugal en Spanje werd geklasseerd als een monument van nationaal belang. Het archeologische departement van de Universiteit van Minho en het Nationaal Park Peneda-Gerês deed gedurende vele jaren onderzoek om het tracé van de weg zo nauwkeurig mogelijk te bepalen. Ondertussen vormden delen van de Via Nova zowel in Portugal als in Spanje prachtige wandelroutes door een quasi ongerepte natuur.

Lees meer »

De Via XVI. Van Olisippo naar Bracara Augusta

Reizen in oude tijden was niet vanzelfsprekend. Het vroeg veel tijd en zoiets als een gps of een routeapp bestond niet. Velen herinneren zich wellicht nog de voorbereidingen met een wegenatlas die voor een wat verdere trip werden gemaakt. Een belangrijk hulpmiddel dat ons uit de Oudheid werd overgeleverd en ook één van onze belangrijke bronnen voor het Romeinse wegennet is het Itinerarium provinciarum Antonini Augusti, kortweg het  Itinerarium Antonini. Een 16de -eeuws handschrift van dit itinerarium wordt bewaard in de Bayerische Staatsbibliothek (BSB Clm 10291). Het gaat om een soort reisgids in 17 routes met een opsomming van steden, reishaltes en zo voort met telkens de afstanden ertussen. Dat handschriftelijk overgeleverde itinerarium gaat terug tot de regering van keizer Caracalla (211-217). Evenals de Peutingerkaart geeft het een beperkt aantal plaatsen weer om te kunnen reizen, zonder echter uitputtend te zijn. Echter, in tegenstelling tot de Peutingerkaart is het Itinerarium Antonini geen kaart, maar een afstandenlijst, een ‘reisboek’. Het doet nog het meest denken aan een wat slordig samengestelde compilatie met nogal wat lacunes. Mogelijk heeft dat te maken met het feit dat er verschillende redacties van het document zijn geweest. De laatste versie dateert vermoedelijk van de regering van keizer Diocletianus op het einde van de 3de eeuw.  

Lees meer »