Collectiebeheerder Openluchtmuseum Bokrijk (1998-2009)

Een nieuw depot

Het Openluchtmuseum van Bokrijk verzamelt en bewaart vooral voorwerpen uit het dagelijkse leven. Voor die collecties was ik als hoofd roerende collecties verantwoordelijk. Tegelijk ondersteunde ik als wetenschappelijk medewerker de uitwerking van de jaarlijkse programmatie . In die hoedanigheid stelde ik ook tentoonstellingen en organiseerde studiedagen en educatieve evenementen. 

Voorwerpen uit het dagelijkse leven zijn om meerdere redenen erg kwetsbaar. Onder meer zijn zij erg onderhevig aan slijtage en natuurlijke aantasting.  De opdracht van een depot bestaat er daarom in de oorzaken van aantasting zo veel mogelijk te weren. Dit uitgangspunt vertaalde zich in een depot voor Bokrijk dat werkelijk vernieuwend was voor Vlaanderen. De collectie van het Openluchtmuseum Bokrijk werd vooreerst opgedeeld in een tentoonstellingscollectie, een wetenschappelijke collectie, een educatieve collectie en een rekwisietencollectie. Deze opdeling vormt een eerste grondslag voor de organisatie van het depot. De depotruimte bestaat uit een hoofddepot en drie kleinere depots specifiek voor metalen, textiel en papier. Een vierde klein depot, dat eigenlijk gekoppeld is aan de kantoren, herbergt de educatieve collectie en de rekwisieten. Omdat de instelling veel houten objecten bewaart was het cruciale uitgangspunt voor het nieuwe depot de controle van houtaantastende organismen via een thermocel. Het inlassen van toegangssassen en –sluizen, zowel voor personen als voor objecten, deze laatste via de thermocel, is op vlak van hygiëne evenals op vlak van een constante klimatologie van toepassing.

Een nieuw concept voor het Openluchtmuseum

In 2003/2004 werd  nagedacht over een nieuw én vernieuwend concept voor het Openluchtmuseum. In die context legde ik een conceptnota voor die vertrok vanuit het wetenschappelijke onderzoek van onze agrarische geschiedenis en die tegelijk rekening hield met een aantal belangrijke factoren waaronder de  museumwerking, collectieconservering en de problematiek van beperkt personeel.  Los daarvan wilde ik vooral een openluchtmuseum dat tof is om te zien en om te beleven, en dat vooral voor de generaties die in aantocht waren. Zo ontstond een concept waarin museumhuizen met historische presentaties zich afwisselden met belevingshuizen waarin ambachten werden gedemonstreerd en doehuizen waarin de bezoeker zelf aan de slag kon.

Tentoonstellingen

- Batibouw anno 1882 (2002)

- Lekker dier ?!. Ze zijn wat wij eten  (2003)

- Op woeste gronden… De heide door de mens gemaakt?!  (2004)

- In de ban van het fortuin. Kansen, spelen en gokken (2005)

- Vergeten eten (2007)

- Op smokkeltocht (2009) (zie foto)

Congressen & studiedagen

“Lekker dier !? Ze zijn wat we eten”

Op 5 april 2003 orgniseerde ik een studiedag rond hoevedieren en dierenwelzijn. Deze studiedag vond plaats in het kader van de gelijknamige tentoonstelling “Lekker dier !? Ze zijn wat we eten” in het Openluchtmuseum Bokrijk.

Over heiboeren en herenboeren!

Op 17 mei 2003 organiseerde ik de studiedag “Over heiboeren en herenboeren! Bronnen voor de landbouwgeschiedenis van Limburg (1830-2000). Zelf hield ik het referaat: Materiële bronnen en agrarische geschiedenis. Een uitdaging voor historici.

5th International Heathland Seminar

In het kader van de tentoonstelling 'Op woeste gronden' organiseerde ik van 19 tot 22 september 2004 het 5th International Heathland Seminar, Openluchtmuseum Bokrijk – European Heathland Museums Network. Tijdens dit semenarie hield hij het referaat: Reclamation of the Campine Moorland. Tools for Peat-digging in the Collection of the Open Air Museum Bokrijk

‘Ecologische methoden voor insectenbestrijding’

In 2006 organiseerde ik in de context van de opening van het nieuw gebouwde collectiecentrum een symposium rond ecologische methoden voor insectenbestrijding. Daarbij werd uitvoerig in gegaan op het functioneren van de thermokamer die door Thermo Lignum werd geïnstalleerd voor de bescherming van de museumcollecties en de methoden die in het depot werden gebruikt om besmettingen door insecten te vermijden.

 

23rd Conference Association of European Open Air Museums

In 2007 was ik namens het Openluchtmuseum Bokrijk de vertegenwoordiger in het commité dat instond voor de praktische organisatie van het 23ste congres van Association of European Open Air Museums dat tussen 26augustus en 2 September doorging in het Nederlands Openluchtmuseum Arnhem en provinciaal Openluchtmuseum Bokrijk. 

De twee hoofdthema’s van de conferentie waren: Single or multi-period museums en Engaging with new or diverse audiences. Van dit congres verzorgde ik samen met Ad de Jong en Jaap Kerkhoven ook de redactie van de congresakten .

 

‘Dit is hier Bokrijk niet!

In 2008 organiseerde Bokrijk naar aanleiding van haar 50-jarig het symposium ‘Dit is hier Bokrijk niet! Vijf gedachten over publieksgeschiedenis en erfgoed’. Bokrijk werd onderzocht vanuit de invalshoeken van publieksgeschiedenis, musea, erfgoed en identiteit. Het symposium wil aantonen dat het Openluchtmuseum van Bokrijk, in tegen- stelling tot de meer populaire beeldvorming, moderne ideeën ontwikkelt die ook andere kunnen inspireren.

Deze studiedag werd georganiseerd in samenwerking met het Instituut voor Publieksgeschiedenis van de Universiteit Gent. “Dit is hier Bokrijk niet!” wilde aantonen dat de ideeën die in het Openluchtmuseum van Bokrijk worden ontwikkeld erg modern zijn en anderen kunnen inspireren.