Socrates en de vrije meningsuiting

Gepubliceerd op 9 december 2020 om 18:16

Deze ochtend las ik het zoveelste krantenartikel in De Standaard over de commotie van Mohammed-cartoons in een onderwijscontext. Ik moest even denken aan de Griekse filosoof Socrates. Ik fotografeerde zijn buste in de Musei Capitolini in Rome in 2005. Hij was een luis in de pels van de machthebbers van zijn tijd. Hij werd zelfs als een bedreiging voor de publieke orde gezien omdat hij de gevestigde opvattingen van de elite vaak tot op de grond afbrak.  

In 399 v.C. werd Socrates aangeklaagd door een zekere Meletus, een Thrakisch dichter met een zeer, zeer bescheiden succes. Socrates noemde hem de jongste van de drie aanklagers. Hij beschreef hem niet al te flatterend “als een individu met sluik haar, een baard die niet al te weelderig is, en een haviksneus …” (Plato, Euthyphro). En verder hekelde hij Meletus' morele obsessie… Volgens de aanklacht pleegde Socrates onrecht door de officiële goden niet te vereren en nieuwe goden te introduceren. Verder oefende hij een verderfelijke invloed uit op de Atheense jeugd. Enfin, de aanklacht sloeg al bij al nergens op. De geëiste strafmaat was de dood.

Tijdens zijn proces in 399 v.C. zei hij in zijn verdedigingsrede het volgende tegen de jury: “Als jullie me nu mijn vrijheid zouden bieden op de voorwaarde dat ik niet langer naar geweten zou spreken… dan zou ik tegen jullie zeggen: ‘Mannen van Athene, ik gehoorzaam liever de Goden dan jullie’.” (Plato, Apologie)

Dit citaat geeft een duidelijker inzicht in de betekenis van vrijheid en meer specifiek vrijheid van meningsuiting. De vrijheid van meningsuiting behoort samen met de vrijheid van godsdienst tot onze essentiële waarden. De geschiedenis ervan is echter bijzonder complex en het pijnlijke is dat de echte betekenis van deze waarden in onze maatschappij in de hedendaagse discussies klaarblijkelijk verloren is gegaan. Socrates koppelde de vrijheid van meningsuiting immers aan een verantwoordelijk burgerschap dat ruimte laat voor de ander. In het huidige politieke klimaat is de invulling van de beide vrijheden echter dramatisch veranderd waardoor een rationele dialoog onmogelijk wordt gemaakt. Daardoor wordt de democratie rechtstreeks bedreigd. De eerste slachtoffers daarvan zijn mensen zoals Socrates.

Socrates  stierf liever dan te zwijgen.